In dit bouwverslag (of is het toch een ombouwverslag) ga ik laten zien hoe ik een werkwagen ga 'upgraden'.

Het is een vergelijkbare upgrade als mijn eigen 5221, maar nu voor iemand anders. (Werk-motorwagen 5221 is in eigen huis in 2018 omgebouwd waarbij de motorwagen is voorzien van een werkend achterlicht, en een set werkende zwaailichten.)

 

Om te kunnen kijken wat we met de huidige situatie kunnen, om de werkwagen aan te passen, gaan we deze uit elkaar halen, om deze daarna stap voor stap weer op te bouwen, inclusief aanpassingen. Het doel: Deze werkwagen weer laten rijden op de hobbybeurs in Assen, op de trambaan van de Haagse Module Groep.

---

Edit 13 april 2019: De missie om de tram rijdende te hebben op de beurs in Assen is mislukt! Om één of andere reden zit er een storing in de ombouw. Om dit correct op te lossen is de modeltram even ter zijde gezet om daarna alle stappen opnieuw te doorlopen en te controleren waar het mis is gegaan. Ook word een reserve decoder bij de hand gehouden, voor mocht daar het probleem blijken te liggen. Op zo kort mogelijke termijn word de ombouw verder afgewerkt in dit verslag, dat is namelijk blijven liggen door drukte.

---

Onlangs kreeg ik het verzoek of ik een werkwagen wilde gaan ombouwen. Dit, omdat mijn eigen werkwagen, de 5221, al diverse keren op de baan van de Haagse Module Groep heeft gereden en dit een zelfde werkwagen is. Dat leek me een leuke klus dus dat gaan we doen. Omdat ik van de 5221 destijds géén ombouw verslag had gemaakt, wil ik dat hier nu wèl doen.

 

Om te beginnen een overzicht wat het doel is en hoe we te werk gaan:

Doel:

  1. Het plaatsen van een werkend sluitsein op beide koppen, mee-wisselend met de rij-richting.
  2. Het plaatsen van een set zwaailichten op het dak van de werk-motorwagen.

Hierbij moet er gekeken worden, of er met de huidige decoder genoeg aansluitingen zijn om de zwaailichten te laten werken. De sluitlichten worden gekoppeld aan de frontseinen, dat is de makkelijkste oplossing.

 

Hoe gaan we aan het werk:

  • Demontage: We moeten de wagen uit elkaar halen, zo ver als noodzakelijk is om de werkwagen aan te passen.
  • Inventariseren wat we precies nodig hebben voor de upgrade en of dit voorhanden is.
  • Onderhoud en reparatie; Nu we de motorwagen toch groot en deels uit elkaar hebben, is het handig om defecten meteen te herstellen, en onderhoud te plegen aan het hart: De motor. In dit geval komt dat neer op het reinigen van de wielen en tandwielen, het opnieuw smeren van de tandwielen en zorgen dat de motor nog jaren als een zonnetje mag lopen.
  • Opbouwen van de werkwagen: Het opnieuw in elkaar zetten stap voor stap, maar nu inclusief de upgrades.
  • Testen: natuurlijk éérst testen, programmeren en controleren voordat de tram word afgeleverd.
  • Afleveren; Als alles goed gaat en de tram is gereed, dan zal deze rijden op de modelbaan van de Haagse Module Groep, naar verwachting op de hobby beurs in Assen, op 1, 2 en 3 maart 2019.

De werk-motorwagen is nu voorzien van een decoder van ESU en rijd op zich mooi op de baan van de HMG (Analoog 2-rail) maar het kan beter. Er zijn best verschillen tussen het rijden van deze werkwagen en de 5221. Om die reden ook, doe ik een onderhoudsbeurt voor de aandrijving. Na de vele kilometers die deze werkwagen al heeft gereden, is dat geen overbodige luxe!

Harry's werkwagen vóór de verbouwing.

 De werkwagen vóór de verbouwing.

Op de volgende pagina gaan we beginnen met het avontuur..


 1. Demontage.

We gaan de werkwagen demonteren, om overal goed bij te kunnen. 

Dit is wel een belangrijk klusje want: Als je bij het demonteren goed oplet hoe alles in elkaar steekt, gaat het terug in elkaar zetten 100% makkelijker. En let er ook op dat je geen materialen kwijt raakt, want dan heb je een ander probleem...

Het demonteren van deze tram kent in het begin een bepaalde volgorde. Het betreft hier een Kato 'Aufbau' motorwagen, waarbij je moet opletten dat je het op de juiste manier doet, anders breekt het. Het is namelijk gemaakt van plastic. Iets te veel kracht of lompigheid en het scheurt of breekt, en dat zou zonde zijn.

 

Buffer uitgenomenOm een Kato motorwagen open te maken, moet je beginnen met de koppelingen onder de wagenbak vandaan te halen, ALS deze aanwezig zijn. Zitten die er niet, of heb je deze verwijderd, dan kun je de buffers uit trekken. Pak ze met een pincet of gewoon met 2 nagels en trek ze recht vooruit van het model weg.

De buffers zitten met 2 nokjes door de wagenbak heen, in de wagenbodem.

Als je deze buffers goed bekijkt, zie je dat de buffers een dik en een dun nokje hebben. Iets om rekening mee te houden, als je het weer in elkaar zet.

 

Als beide buffers zijn uitgenomen, kun je de wagenkap recht omhoog van de wagenbodem af tillen. Hiermee komt dan het interieur tevoorschijn.

Wij 'graven' verder, want in ons geval moet vrijwel de gehele tram uit elkaar!

 


We gaan voor nu verder met de wagenbodem, omdat hierin namelijk de printplaat zit, met daarop de koplampen, motor contacten, 8 polige NEM aansluiting etc. We laten de DCC decoder voor nu gewoon aangeprikt zitten omdat de decoder-stekker door de wagenbodem op de printplaat geprikt zit. Als je die er nu uit gaat proberen te trekken, is er kans aanwezig dat de stekker beschadigd raakt.

Het interieur paneel van de wagenbodem verwijderen is redelijk simpel: Deze zit met 4 nokjes op de wagenbodem geklikt, zie rechter pijl op de foto hierboven. Je klikt ze met een kleine schroevendraaier of haak-pincet zo los. Wel met beleid! Het zijn plastic nokjes en kan dus breken. 

 

Let op! Op de foto staat niet voor niets een 2e pijl... (de linker pijl). Als je het interieur los maakt, dan komen deze hele kleine veertjes los. Zij kunnen weg springen!! Het zijn er 4 stuks, bij elk wiel 1 en zij zorgen voor 2 dingen: A. Het veert de wieltjes af voor mooier rijgedrag en B. Het is onderdeel van de stroomafname. Missen de veertjes, zul je zien dat het model niet rijd, en als het wel rijd, het véél slechter rijd als voorheen. Goed opletten dus, dat je ze niet kwijt raakt!

 

 

 

 

 Op deze foto ligt de interieurplaat los op de wagenbodem. Nu zie je meteen dat de printplaat van deze tram vast zit aan de interieurplaat. Daarom liet ik de decoder nog even met rust. 

Mede omdat de printplaat vast zit aan de interieurplaat, komen de veertjes nu dus los. Let er op, ze zijn zo verdwenen.

 

 

 

 

 

 Zo zien we de printplaat een stuk beter! De 4 zijwaardse pijlen geven de contactvlakken aan, waar de veertjes tegenaan drukken.

 

De met een pijl gemarkeerde schroef (dat is er inderdaad maar 1) houd de printplaat op zijn plek tegen de interieurplaat aan. In het midden van de print, tegen het gat aan, zien we de contactvelden van de motor. Daar komen we straks verder op terug.

Je ziet nu ook de onderzijde van de 8 polige NEM decoder stekker en ook zie je de 2 LED koplampen

 

 

 

Stapje verder. In de wagenbodem zit een aluminium blok op maat gemaakt voor deze motorwagen. Om de 'aandrijflijn' schoon te maken, moet ook het gewicht los, daaronder zitten (zoals op de foto te zien) de motor, stroomafname en assen. Op de onderkant van de wagenbodem zie je 2 schroeven. Als je die los schroeft, komt het gewicht los. 

Hou het even tegen, als je de bodem terug draait! Het gewicht kan eruit vallen, wat op zich niet erg is. Maar ook de motor! De motor ligt namelijk LOS in het onderstel, ingeklemd tussen de assen en het gewicht.

 

Zoals gezegd, het motorblokje ligt los in de bodem. Je pakt het er nu simpelweg uit en dan rest ons een wagenbodem met 2 assen, 2 stroomafname strips en.. vuil..

De onderzijde van het motorblokje. Dit gaan we verder niet uit elkaar halen! Is ook niet nodig. Als je goed kijkt zit er tussen de tandwielen nauwelijks vuil, dat zit vooral aan de buitenkant van de behuizing. Wel lijken de tandwielen nogal droog te staan.

We gaan de assen en stroomafname strips verwijderen. Het 'raam' van het onderstel, waar de wielen in liggen, is met nokjes in de bodemplaat geklikt bij de pijltjes. Voorzichtig los wippen met een haakpincet of kleine schroevendraaier en ze komt zo los. Niet te lomp, het blijft breekbaar plastic.
 
Als je die dan los hebt geklikt heb je een hele kale wagenbodem. Demontage van de wagenbodem is nu compleet.
Zo, de losse materialen van de wagenbodem liggen nu klaar voor het ultrasoon bad. Dat zal het goed doen! 
Voor nu even klaar met de wagenbodem, daar komen we later op terug bij het plegen van onderhoud. Nu verder met de wagenkap.
Juist, de wagenkap. Ook die gaan we stap voor stap demonteren, te beginnen met de middelste schroef op de foto.
Als je die schroef los hebt, is ook meteen de stroomafnemer / beugel / pantograaf (of hoe je het ding wilt noemen) los. Om je straks niet te vergissen, draai het schroefje even in de onderkant van de beugel, dan raak je deze niet kwijt en vergis je jezelf straks niet met de andere twee schroefjes in het dak.
De beugel heb ik later nog wat werk aan. Het sleepstuk zit namelijk deels los!
Die 2 schroeven dus! Als je die los hebt, komt het dak los van de wagenbak. Ook komt daarmee de strip los, waarmee een verbinding word gemaakt tussen de beugel en de printplaat. Bij deze tram mist reeds het 2e stripje, dat in de interieurplaat hoort te zitten. Is in dit geval niet erg, want de tram rijd op 2 rail, niet via de beugel. Voor het gemak: Draai de schroefjes even in de dakplaat, dan zitten ze waar ze horen..
Volgende stap. Deze werkwagen heeft 2 kunststof panelen voor de ramen, waardoor de inkijk in de werkwagen voorkomen word. Handig als je, zoals nu, een decoder in deze ruimte wilt verstoppen. Maar dat ter zijde. Deze panelen wip je er zo af, ze zitten op plastic nokjes van de beglazingsdelen, bij de 4 zwarte pijltjes. Er zit geen lijm aan, dus ze komen zo los.
Volgende stap is het verwijderen van de 'controller-kasten' hierin zit de heldere lens voor de koplampen verwerkt. Je schuift ze zó uit de kap als je tussen het front en de controller een klein schroevendraaiertje of haak pincet steekt.
Ons doel is in zicht en de demontage is bijna klaar. Alleen nog de beglazing uit de kap verwijderen. De zwarte pijl op de foto markeert het sluitlicht / achterlicht bij deze tram.
De beglazing uit de wagenkap halen is een vervelend klusje. Vervelend, omdat het in de wagenkap geklikt en geklemd zit, met zichzelf. Met andere woorden: De beglazing bestaat uit 4 beglazings stukken. 2 koppen en 2 zijkanten. Door de constructie houden zij elkaar op hun plaats geklemd. De pijl op de foto markeert die klemrand. Wees hier alert en voorzichtig mee!
Met de kopbeglazing beginnen heeft geen nut, daar zitten kleine nokjes aan en het is te star, dus beginnen met de zij-beglazing. Wip het in het midden voorzichtig omhoog en naar achteren en werk dan éérst naar 1 kop toe. Daarna naar de andere kop. Als dat deel er dan uit is, doe je het zelfde met het beglazingsdeel van de andere zijkant. Daarna vallen de beglazingen van de koppen bijna vanzelf van hun plek.
Alle beglazingen zijn nu uit de kap. Mooi! De demontage is nu compleet! Het verwijderen van de beglazing is een delicaat klusje. Het is transparant, dus een beschadiging valt op. Het materiaal is licht flexibel, maar het kan ook gemakkelijk scheuren. In mijn geval bleek er een flinke gietbraam aan het uiteinde te zitten, tegen de kop-beglazing. Geloof me, ik heb moeite moeten doen om het los te krijgen.
Als laatste dan van het demontage proces. Hier zie je de front beglazing met daarop vast de strip met de lens voor het sluit/achterlicht en het remlicht. Dus niet 2 kleine achterlichtjes (kan wel, als je dat leuk vind, maar hoort niet) maar 1 achterlicht (rood) en 1 remlicht (oranje/geel) De zwarte pijl markeert op de foto het achter / sluitlicht, de blauwe pijl wijst het remlicht aan.

 

 

 

 

Hiermee is de demontage compleet! Op de volgende pagina gaan we verder met het inventariseren van de werkzaamheden om de sluitlichten te plaatsen en aan te sluiten, maar ook de zwaailichten mogen we niet vergeten!.

 

Tot slot: Wat betreft de laatste foto: Als je ziet hoe klein het lensje van het achterlicht is, en dus ook hoe klein het uiteindelijke achterlicht in de wagenkap, dan kun je jezelf afvragen of je een sluit/achterlicht EN remlicht moet willen hebben. Menig toeschouwer zal het remlichtje niet eens zien, maar een liefhebber zal het misschien wel opvallen. Daarnaast is een remlicht via meeste decoders wel mogelijk, maar niet als je de tram dan analoog laat rijden. Later zal ik hier op terug komen.

 


2. Inventariseren.

 

 

Goed; het inventariseren. We hebben de tram nu vrijwel helemaal gedemonteerd om dat we bij specifieke plekken moeten zijn, waar we anders niet bij komen. Het LIJKT misschien overbodig, maar dat is het dus niet.

Wat hebben we nodig om enerzijds op beide koppen een werkend sluitsein te maken, en anderzijds een set zwaailichten op het wagen-dak?

Eerst de koplampen en sluitseinen bekijken:

Nu heeft deze motorwagen een printplaat met daarop een LED koplamp. Nu zullen sommigen onder u zeggen: Mooi, daar kan die toch direct bij op? Of, vervang de koplamp LED door een 2 kleuren LED wit/rood of geel/rood? Helaas, dat gaat dus niet. Waarom niet? Los van het feit dat de printplaat van deze tram niet geschikt is voor een duo-LED of een extra LED, komt het licht dan op de verkeerde plek.

 

De koplamp zit namelijk c.a. 5 milimeter schuin naar boven en dus te ver weg van de sluitlicht lens. Het zou betekenen dat de koplamp zou wisselen tussen koplamp (geel/wit licht) en sluitlicht (rood). Dat gebeurde vroeger bij sommige trams ook wel, maar niet bij dit type tram.

Omdat er géén mogelijkheid is om een LED vlak achter de sluitlicht lens te plaatsen, vanaf de printplaat, zullen we een andere weg moeten bewandelen. In dit geval gaan we twee LED's formaat 0402 rood, verwerken direct tegen de lens van het sluitlicht. We gaan de LED hier dus op de lens lijmen en de koperlack draden werken we weg door de wagenkap, naar het dak. Vanaf daar werken we een draad, inclusief weerstand, naar de printplaat, VIA de decoder. Tussen de decoderstekker en de decoder moeten we een verloop stekker maken, waar de zwaailichten en sluitseinen worden gekoppeld aan de bestaande decoder bedradingen.

Het nadeel van deze methode is wel, dat als de decoder ooit word verwijderd, de sluitseinen in principe niet meer zullen werken, net als de zwaailichten. Met de decoder erin zullen de zwaailichten en sluitseinen zowel digitaal als analoog gewoon werken. Gaat de decoder ooit kapot? Dan moet die vervangen worden door een gelijkwaardige decoder en moet de verloopstekker worden overgezet. Maar goed, nu dwaal ik langzaam aan af..

 

  • Voor de sluitseinen hebben we dus 2 x LED 0402 rood met koperlack draad nodig, plus twee weerstanden van minimaal 470 Ohm.
  • Verder hebben we wat draad nodig. Dat kan natuurlijk in verschillende kleuren, gelijk per draad van de decoder om het overzichtelijk te houden, het kan ook zwart, of welke kleur je maar wilt.
  • Daarnaast hebben we iets van een stekkertje nodig waar de draadjes aan gesoldeerd kunnen worden, om een verloop stekker te maken. Het is immers niet handig als de decoder EN aan de print in de bodem vast zit, EN aan de wagen-kap, waar de LED's in en op komen.
  • Om de LED aan de lens te bevestigen hebben we een hechtmiddel nodig. Secondenlijm is een goede optie, wellicht dat Kristal Clear ook werkt.
  • Om de LED aan de binnenzijde van de tram te maskeren (tegen lichtlekkage) is matt-zwarte verf aan te bevelen. Deze lichtlekkage krijg je absoluut, dat bleek bij de 5221, toen ik die had omgebouwd, zonder maskeren.
  • Tot slot is wat kleine krimpkous handig, voor het isoleren van open contactjes.

Volgens mij hebben we het dan wel, wat betreft de materialen voor de sluitseinen.

Dan voor de zwaailichten:

  • 2 oranje LED's, helder of niet, dat is eigenlijk naar wens, wat je zelf het mooiste vind. Ik heb nog diverse oranje LED's liggen, die ik hiervoor kan gaan gebruiken. 
  • Ook hier hebben we per LED een weerstand nodig van minimaal 470 Ohm.
  • Ook hier hebben we natuurlijk wat draad nodig. decoderdraad weliswaar, géén koperlack draad.
  • Wat dunne stukjes krimpkous
  • een stekkertje hadden we al bij de LED's voor de sluitseinen staan dus die hebben we niet extra nodig, tenzij je daar zelf voor kiest.
  • Ook hier een paar druppeltjes lijm.
  • Een handboor met een boortje van c.a. 1 mm (voor de pinnen van de LED) of groter, als je beide pinnen door 1 gat wilt laten steken. Dat laatste maakt het vastzetten van de LED niet makkelijker.

 

Tot slot wat gereedschappen:

  • Een goed soldeerstation met SMD punt. Wenselijk voor het solderen aan de kleine stekkertjes.
  • zoals genoemd een handboortje met een 1 mm boor
  • een zij-kniptang
  • Een pincet
  • Een paar kleine schroevendraaiers (zoals was te zien bij het demonteren, straks nodig voor het monteren.
  • Soldeertin.

De inventarisatie is gereed, voor wat betreft de upgrade. Wel heb ik tijdens het demontage proces enkele zaken gezien die we meteen oppakken:

  • Onderhoudsbeurt aandrijving; assen en wielen schoonmaken, tandwielen schoonmaken en smeren zodat de aandrijving weer super loopt.
  • Sleepstuk beugel; Het sleepstuk zit aan 1 zijde los, nog even en het sleepstuk breekt in zijn geheel af!
  • 1 koplamp LED lijkt 'opgebrand' te zijn. zowel digitaal als analoog lijkt de LED weinig puf meer te hebben. Meten is weten, dus we gaan het nakijken en indien nodig vervangen.

 

We gaan verder met het onderhoud van de tram (12 februari 2019)

3. Onderhoud.

Zoals eerder gezegd heeft de tram wat onderhoud nodig. Omdat de tram toch uit elkaar moest, was dat meteen gemakkelijk om te doen. Wel kwamen er ook enkele reparatie puntjes naar voren, welke na het 'gewone' onderhoud aangepakt zullen worden.

Deze afbeelding komt bekend voor denk ik? Juist, de onderdelen van de wagenbodem liggen klaar voor de ultrasoon reiniger...

Dus HOP, in de ultrasoon reiniger! Niet droog, maar met een laag kraanwater met enkele druppels afwasmiddel. Dat doet vaak al genoeg. Natuurlijk willen de kunststof onderdelen eerst nog gaan drijven...

Kijk, ziet dit er niet véél beter uit? Vet en vuil uit het verleden zijn weg. Helaas zijn de bruine plekken van het onderstel raamwerk niet weg (schroeiplekken). Die zullen ook niet meer weg gaan, omdat het is ingebrand in het plastic.

We gaan weer opbouwen! Leg eerst het raam om de bodemplaat heen en richt de nokjes naar de gaatjes (zie oranje pijltjes.) Dan leg je aan beide zijkanten de koperen strips erin voor de stroomafname. Als dat ligt, klik je alles vast door de nokjes in hun gaatjes te drukken.

De assen hebben decentraal geplaatste tandwielen. Ze moeten dus op de juiste manier terug geplaatst worden. 

Gelukkig heeft de bodemplaat 2 kuiltjes waar de tandwielen precies boven vallen. Als je daar rekening mee houd, komt het goed.

Zo dus! Let op: De assen hebben op de uiteinden doorlopende pinnen, waarmee ze in de koperen contactstrips passen. In die strips zitten passende gaatjes, waar die pinnen doorheen passen.

Als de assen op hun plek zitten, is het tijd om de tandwielen te voorzien van een druppel smeervet. Niet te veel, dan word het een smeerboel.

Ook de tandwielen in de kast bij de motor moeten een likje vet hebben. Maar, omdat deze kant open tegen de bodemplaat aan ligt, is het verstandig even met een gelijkstroom transformator van 12 volt even de motor te laten draaien zodat het vet tussen de tandwielen in loopt en niet aan de bodem veegt. Vergeet niet het tandwieltje op de kopse kant (zie onderste pijltje).

Hoppa! Aandrijving weer terug op zijn plek!

Dan mag het gewicht weer op zijn plek en die moeten we niet vergeten vast te schroeven aan de bodem. Het houd immers de motor op zijn plek.

Het gewicht zit weer vast, de kleine contactveertjes weer op hun plek. De printplaat is weer even terug in de interieurplaat geschroefd en die zetten we weer even op het onderstel.

Decoder weer even op zijn plek, onderstel op de rails en proefrijden maar! Proefrit was een succes! De aandrijving loopt weer gesmeerd en soepel. Volgende stap: De decoder vervangen door een Lenz decoder (deze decoder heeft niet de gewenste lichteffect sturing die we willen) en verder opbouwen.

Dat was het voor vandaag! Onderhoud gepleegd, de aandrijving loopt weer soepel.

 

In de volgende update gaan we aan de slag met LED's! 


 

Het opbouwen (deel 1).

(update 6 mei 2019)

Goed, nadat de aandrijflijn een servicebeurt heeft gehad en alle tandwieltjes gesmeerd zijn met een likje vet, gaan we hieronder verder met het (opnieuw) opbouwen van de werkmotorwagen. 

Eerst gaan we eens aan de slag met het plaatsen van de LED sluitlichten. Hiervoor heb ik LED's liggen met reeds aangebrachte koperlack draad. Haar-dun koperlack draad dat zich goed laat wegwerken in kleine naden. Dat is mooi, want we moeten de draad zo zien weg te werken dat deze niet te zien zijn door de raampjes rondom.

Nu had ik u gerust een foto willen laten zien van deze LED's met de draad eraan, maar het is lastig te fotograferen zo, omdat het zo klein is. De LED's heb ik met een piepkleine druppel secondenlijm vast gelijmd, direct achter de lens van het sluitlicht.

Laten we het eens verduidelijken met foto's:

De rode 0402 LED met koperlack draad.

Voordat ik Überhaupt al begin met inbouwen: LED testen!

De foto is misschien niet héél scherp, maar de bedoeling is duidelijk. Duidelijk is te zien dat de LED rood oplicht en het dus ook doet. Dit is een stap die ik aanraad véélvuldig te herhalen tijdens inbouw. Test die LED bij elke stap. Niet alleen de LED is héél klein, ook de draden zijn héél dun EN kwetsbaar. Als je alles hebt ingebouwd en dicht hebt gemaakt en het werkt niet, kun je dus gaan zoeken naar waar het probleem zit...

 

De 0402 LED op proef leggen

De rode 0402 LED op proef op zijn plek leggen. Pas na het maken van de foto realiseerde ik mij dat de LED aan de verkeerde kant lag!

Gelukkig heb ik de LED hier nog niet gelijmd!

 

De LED plaatsen.

De LED op zijn plaats bevestigen.

Ik heb uit veiligheid het complete beglazingsdeel afgeplakt. Mocht de secondelijm toch wat afgeven, dan voorkom ik in ieder geval een doffe plek op de beglazing. Daarna de beglazing vast geplakt op mijn bureau, 2 naast elkaar zodat deze gefixeerd liggen.
Daarna heb ik de LED los op zijn plek gelegd en éérst de bedrading gefixeerd door deze vast te plakken (links wel, rechts voor de foto pas naderhand.) dan de LED met de pincet voorzichtig wat omhoog buigen aan de bedrading. De druppel secondelijm aangebracht en de LED er voorzichtig in gedrukt. Wel even opletten dat ie op zijn plekje zit, zo nauwkeurig mogelijk achter de lens van het achterlicht.
Hierna heb ik het even een nachtje laten drogen.

 

Sluitlicht testen.

De volgende dag; uitpakken, nakijken en LED testen.

Na het uitpakken met een smal strookje tape de draad even gefixeerd, zodat deze niet aan de LED trekt. Vervolgens met de multimeter de LED getest. Dat begint al op een sluitlicht te lijken!

 

Draad doorvoer maken.

Dan moet er een gaatje geboord worden.

Dat doen we gewoon met een hand boortje. Het is zacht materiaal. Ook hoeft het maar een klein gaatje te zijn. Ik heb voor de zekerheid een 1,0 mm boortje gebruikt, maar dat kan ook kleiner (of groter). Netjes in de hoek, aan de kant waar het sluitlicht komt.

 

Wagenbak maskeren

We maken de binnenkant van de wagenbak zwart tegen licht lekkage.

Op bovenstaande foto heb ik de binnenzijde van het front gemaskeerd met matt zwarte verf. De originele koplampen van deze trams zijn al zo fel dat ze lichtjes doorschijnen als je goed kijkt. Daarbij helpt deze maskering tegen lichtlekkage naar andere delen.

 

Beglazing terug geplaatst!

En dan ineens gaat het hard!

Als je bovenstaande foto vergelijkt met de foto erboven dan denk je 'hee, wacht, wat mis ik?' Nou, niet veel. Als de LED's op hun plek zijn gelijmd en werken, zijn ze kwetsbaar. En met het gaatje voor de doorvoer van de draden op zijn plek, is het verstandiger om de beglazing zo snel mogelijk op zijn plek terug te plaatsen. Als dan alle beglazing ineens op zijn plek zit, ja dan ziet het er totaal anders uit meteen. Overigens zijn hier ook maar meteen de koplamp lenzen (met de controller kasten) terug geplaatst in de fronten van de tram.

 

Het sluitlicht werkt!

Alweer testen: Het sluitlicht werkt!

Ik zei het al eerder.. steeds tussendoor testen! Elke stap verder in het inbouw proces kan er iets mis gaan. Een draad met een dikte van een haar is zo gebroken. Nu zien we voor het eerst het sluitlicht op deze werkwagen. Dat oogt fraai, al zeg ik het zelf!

 

Bedrading fixeren

Foto 43: Bedrading fixeren.

De bedrading is langs de beglazing omhoog gelegd en daarmee vast geklemd maar tussen deze daklagen lag het nog los. Over het gat een hoekje tape geplakt dat daar definitief blijft zitten. Je ziet er straks niets meer van.

 

 

 Tot zover voor nu. Het sluitsein is geplaatst en de beglazing zit weer in de modeltram. Volgende stap is het geheel gaan aansluiten, en natuurlijk de zwaailichten op het dak plaatsen. Binnenkort gaan we verder met dit verslag.

Wat vind u van het verslag? Laat gerust eens een reactie achter in het gastenboek!